Ingrediënten

• 16 vellen rijstpapier
• 200 g dunne rijstnoedels
• 1 wortel
• ¼ komkommer
• 1 paprika
• 80 g rode kool
• 100 g taugé
• 100 g gerookte zalm
• 100 g party garnalen
• ½ bosje koriander
• ½ bosje munt

Voor de pindadip:

• 4 el romige pindakaas
• 4 el sojasaus
• 2 el teriyakisaus
• 2 el Sriracha chilisaus
• 1 el honing
• 3 el limoensap
• 3 el water

Hoe maak je het?

1. Doe de ingrediënten voor de dip in een hoge pot en pureer fijn met een staafmixer. Als de pindasaus te dik is, voeg dan een beetje water toe tot de gewenste consistentie is bereikt.
2. Giet kokend water op de rijstnoedels, laat 5 minuten staan en giet af. Spoel daarna af met koud water en laat uitlekken.
3. Snijd de wortel, paprika, rode kool en komkommer fijn.
4. Was de taugé.
5. Snijd de plakjes gerookte zalm in kleine stukjes. Pluk de munt- en korianderblaadjes van de steeltjes.
6. Vul een grote kom of pan met koud water. Dompel een vel rijstpapier 10-20 seconden in het water en leg het dan op een schoon werkblad. Leg de ingrediënten op het onderste derde deel van het rijstpapier, rijstnoedels onderaan, dan de groenten, zalm of garnalen en tot slot de kruiden. Laat de zijkanten vrij. Vouw de linker- en rechterrand naar het midden en rol strak op tot een rol.
7. Maak op deze manier 16 spring rolls. Leg de rolletjes op een bord en dek af met een vochtige doek tot ze klaar zijn om te serveren.
8. Serveer met de pindasaus.